U bevindt zich hier: Home > Organisatie > Nieuws > Nieuwsarchief > Anton Hellings: “Het Wijboschbroek is mijn thuisgrond”
Van jongs af aan is Anton Hellings (66) thuis in en vertrouwd met de natuur in het buitengebied van Schijndel. Of zoals hij zelf zegt: “Ik ben opgegroeid in het Schijndelse veld.” Als ‘meester Anton’ stond hij 43 jaar voor de klas in zijn dorp, maar nog langer al struint hij door ‘zijn natuur’. Het Wijboschbroek kent bij op zijn duimpje.
‘Het Wijboschbroek is een natuurgebied van 150 hectare ten noorden van Schijndel’, zo meldt de website van gemeente Meierijstad. “Nou ja, het is een gebied in beweging”, begint Anton meteen te vertellen. “Het oude ‘broek’ liep van de Zeilkampjes naar Aakendonk en besloeg ongeveer 107 hectare. Vanaf de Zeilkampjes, tegen de A50 aan, loopt het gebied richting Kruissteeg en naar de Prekers, een deelnatuurgebiedje in het Wijboschbroek. Daarachter ligt de Lobbenhoef nog. Aan de andere kant van doorgaande weg Steeg ligt de Liekendonk, die hoort er ook bij. Dat alles bij elkaar vormt eigenlijk het hele Wijboschbroek, een kleine 300 hectare. De ecologische verbindingszones zorgen er steeds meer voor dat gebieden en gebiedjes verbonden worden, van de Molenheide tot De Geelders. Ook natuurgebied Smaldonk wordt meer en meer gezien als onderdeel van het Wijboschbroek.”
Het is duidelijk, Anton is een kenner. Liefde voor de natuur zit diep in zijn genen. Als jong manneke liep hij aan de hand van zijn vader over de zandpaden van zijn geboortegrond. Als tiener sluit hij zich aan bij de vogelwerkgroep van Natuur- en Milieu Centrum (NMC) Schijndel, een club die in 2024 het vijftigjarig jubileum viert. Aanleiding voor oprichting was destijds de dreigende aantasting van het Wijboschbroek door de komst van Rijksweg N264. “Ik hielp mee met de inventarisaties van de vogelwerkgroep. Een paar jaar later kwam ik in het bestuur van het NMC.” Het idee voor Heempark ‘De Blekert’ is ontsproten in het hoofd van Anton. In 1989 was het park een feit: een educatieve plek binnen het Wijboschbroek (en onder de paraplu van het NMC) waarbinnen verschillende landschapselementen samenkomen.
Anton Hellings bij de schapen van Schaapskooi Schijndel aan de Martemanshurk - Foto: Communicatieteam Het Groene Woud
De gronden van het Wijboschbroek zijn grotendeels in eigendom van Staatsbosbeheer. In het onderhoud wordt de organisatie nadrukkelijk ondersteund door de Werkgroep Schijndels Landschap, onderdeel van het NMC. Onder het motto ‘Wij houden het groen, u ook?’ trekt een gezelschap van vijftien fanatieke vrijwilligers iedere dinsdagochtend te velde om de meest uiteenlopende werkzaamheden te verrichten, variërend van wilgen knotten tot salamanderpoelen aanleggen en wandelroutes onderhouden. “Er is een ledenstop”, meldt Anton met enige trots. “Zo blijft het goed werkbaar. De samenwerking met Staatsbosbeheer verloopt prima.”
Het Wijboschbroek is van oudsher een rabatbos. Rabatten zijn verhogingen van grond naast diepere greppels. Daarop werden eiken geplant. De schors van een eik bevat tannine, nodig voor het maken van leer. Met name in de negentiende eeuw waren er veel leerlooierijen in Schijndel. De hoge dennen die voorkwamen in het gebied werden gebuikt als stuthout in de mijnbouw. “Inmiddels zit het Wijboschbroek midden in de omvorming naar een gemengd bos”, vertelt Anton. “Het is een moerasbos, de grond is nat. Aan de rand, langs de Steeg, staan veel populieren. Die vormen een coulisselandschap, dat zo kenmerkend is voor de regio.”
Met liefde praat Anton over de Prekers, een kleine natuurparel van twintig hectare, gelegen in het Wijboschbroek. “Er zit daar veel leem in de grond, wat voor een grote differentiatie in soorten zorgt. De zwartblauwe rapunzel is een zeldzame plant maar komt voor in de Prekers.” Anton levert direct het bewijs door op zijn telefoon een exemplaar te tonen. “Vorig jaar gemaakt!” Ook andere bijzondere soorten als de eenbes en het knikkend nagelkruid komen voor in de Prekers. “In het hele Wijboschbroek komt veel onderbegroeiing voor. Dit trekt reeën en hazen aan. Door de rijke kruidenlaag in de bodem vinden dassen er hun weg. Ook de houtsnip vliegt rond.”
De zwartblauwe rapunzel in het Wijboschbroek - Foto: Anton Hellings
Het is fijn wandelen in het Wijboschbroek, maar verwacht geen kronkelpaadjes zoals bijvoorbeeld in De Geelders. Anton, lachend: “De paden lopen veelal recht. Drie keer links of rechts en je staat weer op dezelfde plek.” De charme van het gebied zit ‘m volgens Anton in de kleinschaligheid. “De horizon is altijd vlakbij, vaak maar een meter of tien verderop.” Met de Schaapskooi aan de Martemanshurk ligt in het Wijboschbroek ook een bijzonder aangename pleisterplaats voor jong en oud.
Anton is nog altijd zeer actief in en voor ‘zijn’ Schijndelse natuur. Hij coördineert de onderhoudswerkzaamheden die vanuit het Heempark worden uitgevoerd, maakt speurtochten voor scholen en organiseert publieksexcursies. “Het Wijboschbroek is mijn ‘thuisgrond’. Ik vind het mooi en belangrijk om erover te blijven vertellen en dit natuurerfgoed door te geven.”
In de komende Nieuwsflitsen wordt het licht gezet op verschillende natuurgebieden in Het Groene Woud. Door in gesprek te gaan met grondeigenaren, beheerders of vrijwilligers ontdekken we hoe het gaat en wat er speelt. In deze editie: Anton Hellings, oprichter van Heempark ‘De Blekert’ en kenner van het Schijndelse Wijboschbroek.