U bevindt zich hier: Home > Organisatie > Nieuws > Nieuwsarchief > Europese steun trappistenroute Tilburg
De Europese Unie heeft op 10 maart goedkeuring gegeven aan het nieuwe internationale project 'Tastes of Trappists: a slow tourism experience'. Het project levert een bijdrage aan de ontwikkeling en promotie van duurzame internationale toeristische producten.
Regio Hart van Brabant is de Nederlandse partner. Het Trappistenklooster Koningshoeven in Tilburg vormt, samen met die van Orval, Chimay, Westvleteren, Rochefort, Westmalle, Achel en Mariawald de kern van het project. Rond de Koningshoeven is vorig jaar de La Trappe fietsroute gelanceerd. Deze fietsroute vormt de basis voor het Nederlandse deel van de te ontwikkelen arrangementen.
Het project beoogt een duurzame internationale samenwerking tot stand te brengen tussen toeristische organisaties en het MKB in Nederland, België, Italië en Duitsland. Samen wordt gewerkt aan de ontwikkeling en zichtbaarheid van een veelheid aan toeristische mogelijkheden, zoals streekproducten (eno-gastronomie), religieus erfgoed, wandelen en fietsen. Sinds 1997 zijn de acht trappistenkloosters in drie verschillende landen verenigd in de International Trappist Association (ITA) met een gemeenschappelijk keurmerk voor producten als kaas, bier en wijn, op basis van strenge productie-eisen. Het project Tastes of Trappist zal de zichtbaarheid hiervan vergroten door het te koppelen aan de 'Trappists route'.
Rond de verschillende trappistenkloosters in Europa worden internationale arrangementen ontwikkeld, wordt gezamenlijke marketing gevoerd, zal certificering worden ingevoerd en kennis- en informatie-uitwisseling plaatsvinden. Binnen de Regio Hart van Brabant wordt het project uitgevoerd door het netwerk Vitaal Leisure Landschap. Het project sluit aan bij de ambities van de regio en bij het project Vorstelijk Landschap Koningshoeven. Dit is een project van Het Groene Woud dat vorige week een subsidie van de provincie Noord-Brabant heeft gekregen.
Het trappistenproject start in april en wordt in de zomer van 2015 afgerond. Er zijn zeven partners uit Nederland, Italië, Duitsland en België. De totale kosten bedragen 320.000 euro, waarvan Europa 240.000 euro betaalt.